Ook aan Belgische zijde bleven de handhavingsdiensten alert. Het Maritiem Informatie Kruispunt (MIK) volgde alle
scheepvaartbewegingen op en onderhield de noodzakelijke communicatie. Na de drop off bestond het risico dat een aantal pakketten zou afdrijven richting Belgische wateren.
Aangezien de Nederlandse collega’s geen bevoegdheid hebben op het Belgische gedeelte van de Noordzee werden diverse Belgische kustwachtmiddelen ingezet. Het toezichtsvliegtuig van de Beheerseenheid Mathematisch Model van de Noordzee (BMM), het marineschip Stern, de defensiehelikopter type Alouette III, de Seaking, en het patrouillevaartuig van de federale Scheepvaartpolitie hielden hun bevoegdheidsgebied nauwlettend in het oog.
Dankzij de opmerkzaamheid van het personeel van de verschillende kustwachtpartners en het OSERIT-driftmodel van BMM konden de pakketten cocaïne perfect worden gelokaliseerd en opgevist door de Nederlandse collega’s. De totale hoeveelheid drugs die werd opgevist, omvatte meerdere honderden kilo’s. De drugs werden ondertussen vernietigd.
De kustwacht waakt over de zee